De levenscyclus van de rozenkever kent vier hoofdfasen: ei, larve, pop en volwassen kever. Het begint wanneer volwassen kevers in de zomer uit de grond komen en hun eieren leggen in de buurt van graswortels. De eieren komen na ongeveer twee weken uit, waarna de larven beginnen met het voeden van de wortels van gras en andere planten. Deze larvale fase duurt ongeveer een jaar, waarbij de larven zich ontwikkelen en groeien.

De larven van de rozenkever, ook wel engerlingen genoemd, zijn wit van kleur met een C-vormig lichaam. Ze voeden zich voornamelijk met de wortels van gras en andere planten. De fase van larve tot kever kan tot wel drie jaar duren, afhankelijk van de omstandigheden. Na deze periode verpoppen de larven zich in de grond, waar ze zich ontwikkelen tot volwassen kevers. De nieuwe generatie kevers verschijnt dan in de zomer van het volgende jaar. De volwassen rozenkevers voeden zich met het gebladerte van verschillende planten, maar hebben een bijzondere voorkeur voor bloemen zoals rozen, hibiscus en druivenbladeren.

De rozenkever kan behoorlijk vervelend zijn, vooral vanwege zijn larven. Deze larven kunnen aanzienlijke schade veroorzaken aan gazons en planten doordat ze zich voeden met de wortels. Hierdoor ontstaan gele, verdorde plekken in het gazon en verzwakken de planten. Hierdoor wordt het gras extra vatbaar voor ziekten en plagen.

Daarnaast kunnen de kevers zelf ook schade toebrengen. De kevers zijn nachtdieren en voeden zich met de bladeren door er vanaf de rand ronde happen uit te nemen. Ook eten de rozenkevers vruchten of bloemknoppen. Hoewel dit voor weinig problemen zorgt kan het wel het aanblik van sierplanten en struiken verminderen.

Hoewel rozenkevers soms als hinderlijk worden ervaren, is het belangrijk om te realiseren dat ze een waardevolle rol spelen in het bevorderen van biodiversiteit. Als er geen sprake is van overlast door deze kevers, is het niet nodig om ze te bestrijden. Rozenkevers vormen namelijk een belangrijke voedselbron voor diverse dieren, zoals vogels, egels en reptielen. Het is dus gunstig om andere dieren naar je tuin te lokken door voldoende nestelplekken en voedsel aan te bieden, zodat de populatie van rozenkevers niet ongecontroleerd toeneemt en problematisch wordt. Een goed uitgebalanceerd ecosysteem kan helpen om de aanwezigheid van rozenkevers in evenwicht te houden zonder dat ze een plaag vormen.